Matteüs 5,1-12a – zr. Angela

Inleiding:

Zusters en broeders, welkom in het huis van de Heer, bij Hem die ons uitnodigt anders te gaan waarnemen, voelen en denken. Het is de leerschool die Jezus ook zelf doorlopen heeft en waarin Hij ons voor wil gaan.
Anders gaan waarnemen, voelen en denken – vanuit een ander licht, het licht van boven dat de duisternis van ons hart verlicht; vanuit de werking van Gods liefde die als een zachtmoedige duif uit den hoge over ons komt; en met de stem van de Allerhoogste in onze oren: jij bent mijn geliefde kind, in wie Ik vreugde vind.
Laten wij tegen de zwaartekracht van ons alledaagse leven in samen bidden om dit licht, deze liefde en deze stem uit den hoge.

Overweging:

Jezus komt uit de woestijn, een oord van loutering en verlichting waarin onze illusies kunnen worden ontmaskerd en we gaan zien waar het werkelijk op aankomt. Na zijn doopervaring met het hemelse licht, de liefde uit den hoge en Gods stem over zijn leven, wordt Hij door de Geest naar de woestijn geleid om zich deze ervaring werkelijk eigen te maken. In de woestijn wordt Hij uitgedaagd zijn leven niet te bouwen op bezit, macht en aanzien, maar in Gods hand te leggen en te vertrouwen op Gods woord. En Jezus doorstaat deze loutering en verlichting, Hij kijkt met nieuwe ogen naar zichzelf en heel ons aards bestel en trekt daarna als rabbi rond om ook anderen op deze weg voor te gaan. Hij roept: ‘Bekeer u, het koninkrijk Gods is nabij.’ Bekeer u: de betekenis van bekeer u is niet allereerst moreel in de zin van: doe het goede in plaats van het kwade, maar een oproep om in Gods licht anders te gaan waarnemen, voelen en denken. En daaruit volgt natuurlijk ook anders -en beter- gaan doen.
Evelyn Underhill schrijft in haar boek over Mystiek, hoe God werkt in de mens: Als mensen zijn wij tweevoudige wezens, in principe geschikt voor zowel de natuurlijke als de geestelijke dimensie. Maar we zijn aldoor zo druk bezig met de zintuiglijke wereld dat we gewoonlijk niets weten van de ‘stille wachter’ in ons die signalen uit het godsrijk herkent (blz. 57). En elders schrijft zij over hen die wel weten van die innerlijke ‘stille wachter’: Hun hart, verstand en wil worden niet meer begoocheld door de schaduwwereld van de zintuigen, maar bezield door de diepten van de goddelijke werkelijkheid. Daar is een lamp ontstoken en een besef ontwaakt waarvan de slaperige massa geen benul heeft (blz. 63-64).
In Jezus is de ‘stille wachter’ ontwaakt, Hij wordt zelf een ‘stille wachter’ in onze wereld. Als Hij ziet dat vele mensen achter Hem aan komen en van Hem naar lichaam en ziel verlichting verlangen, gaat Hij als een nieuwe Mozes de berg op, neemt daar plaats en begint zijn eerste grote onderricht in het evangelie volgens Mattheüs, de Bergrede. En de boodschap daarin is de leerschool die Hij zelf doorlopen heeft: zalig ben je als je je leven niet bouwt op bezit, macht en aanzien, maar het uit Gods liefdevolle hand ontvangt en vertrouwt op Gods woord. Zalig de armen van Geest, want zij zullen God zien. Jezus zelf is de Bergrede in persoon. Als wij áchter zijn woorden waarnemen, voelen en denken, kan het geheim van zijn leven zich aan ons openbaren: de ‘stille wachter’, bezield door de diepte van de goddelijke werkelijkheid. En kunnen wij proberen met vallen en opstaan Hem op zijn weg te volgen, als ‘stille wachters’ met een ontstoken lamp en een ontwaakt besef.