De brief van Paulus aan Filémon – zr. Johanna

Welkom en opening:

Broeders, gasten, zusters,
de barmhartigheid van onze Heer Jezus Christus,
de gemeenschap van de Heilige Geest
en de genade van God onze Vader, zij met ons allen.
van harte welkom in deze viering!

Centraal in deze viering staat de Brief van Paulus aan Filemon. Dit is het kortste boek van alle bijbelboeken, dus het lijkt mij de moeite waard om het nu eens in zijn geheel te behandelen, in plaats van ingekort.

Bezinning:

Wat mij zo raakte was dat hier een heel warme en zachte kant van Paulus tevoorschijn komt. Niet oordelend, maar iemand die veracht werd en reddeloos was, echt een nieuwe toekomst gevend. Onesimus was een slaaf die was weggelopen bij zijn bezitter, en het lijkt erop dat hij ook nog van hem gestolen had; Paulus biedt immers aan om te vergoeden wat er eventueel nog verschuldigd was. Zonder Paulus was Onesimus zo goed als vogelvrij geweest.
Paulus wijst er elders op dat voor Christus alle mensen dienaar zijn, dus dat slaveneigenaren goed moeten beseffen dat zij zelf ook een meester hebben; een aansporing om met respect met hun slaven om te gaan.
Paulus toont humor; hij maakt een toespeling op de naam van Onesimus, die “nuttig” betekent; hij mag dan voor Filemon bijzonder weinig nut hebben gehad; nu is hij terdege nuttig voor Paulus, en als hij in genade wordt aangenomen door Filemon en de zijnen, dan zal dat een zeer nuttig getuigenis zijn van de liefde van Christus en de gelijkheid van alle mensen voor God.
Paulus schreef deze brief dan ook uitdrukkelijk aan heel de gemeente van Filemon – niet alleen aan Filemon zelf – zodat iedereen erbij betrokken zou zijn, en zodat Filemon dit niet zomaar naast zich neer zou kunnen leggen.
Paulus zet hiermee in feite alle maatschappelijke verhoudingen op zijn kop; hij dwingt er als het ware toe om anders te gaan kijken naar mensen die niet als mens werden beschouwd. En dat terwijl de hele samenleving op slavernij dreef. Dit vraagt moed, maar het vraagt ook een onafhankelijke geest – onafhankelijk van de heersende waarden en normen van de hele samenleving.