Lucas 10,38-42 en Franciscus’ Regel voor de kluizenarijen – zr. Emmanuel
Bezinning:
Broeders en zusters, het evangelie van deze zondag, over Jezus’ bezoek aan Martha en Maria wordt traditioneel ook wel uitgelegd als de voorafspiegeling van twee rollen binnen het religieuze leven: het actieve en het contemplatieve leven. Ook Franciscus gebruikt het beeld in zijn Regel voor de kluizenarijen. Deze Regel is waarschijnlijk door Franciscus opgetekend tussen 1217 en 1221 – het jaar van de afsluiting van de voorlopige regelredactie, en is vooral een praktische beschrijving van een manier van leven. Dat deze Regel ook daadwerkelijk in praktijk werd gebracht, kunnen we lezen bij Thomas van Celano. Thomas van Celano beschrijft hoe een Spaanse broeder aan Franciscus vertelt: ‘Jouw broeders in ons land wonen in een arme kluizenarij. Ze hebben met elkaar deze levenswijze afgesproken: de helft van hen neemt om de andere week de huishoudelijke taken op zich, de andere helft heeft die week alle tijd voor contemplatie. Op die manier gaat het werkende leven na een week in het contemplatieve leven over, en wordt de rust van de contemplatie afgewisseld met nuttige arbeid.’
Het mooie en originele van Franciscus’ interpretatie van het evangelie van Martha en Maria is dat hij beide rollen niet voor altijd vastlegt. Ook is de ene rol niet beter dan de andere, zoals Jezus’ uitspraak dat Maria ‘het beste deel gekozen heeft’ ook wel is uitgelegd.
Franciscus zorgt ervoor dat het actieve leven het contemplatieve leven aanvult en andersom. Beide rollen dienen ‘zorgvuldig en met toewijding te worden onderhouden’. En beiden zijn dienend in het leven van de gemeenschap. Wie de rol van Martha op zich neemt, dient de gemeenschap door zijn moederlijke zorg en zijn ijverig werken in de geest van gebed en toewijding. Hij mag zich daarbij gedragen weten door degenen die de rol van Maria op zich nemen. En degenen die in de rol van Maria de zonen zijn, zijn dienstbaar in en door hun aandachtig, trouw en toegewijd gebed.
De capucijn Anton Rotzetter noemt in zijn boek ‘Clara van Assisi’ de mogelijkheid dat de levenswijze zoals Franciscus die in zijn Regel voor de kluizenarijen heeft opgetekend, de geleefde praktijk was van Clara en haar zusters in hun eerste jaren. En zelfs dat deze Regel zijn wortels heeft in het leven van de zusters.
Hoe dan ook mogen wij, als zusters en broeders, en ieder van ons hier aanwezig, ons geïnspireerd weten door Franciscus, en zowel Martha als Maria een plek geven in ons leven van alledag. Wanneer we trouw en toegewijd werken, en woekeren met de talenten die ons gegeven zijn, zijn we als Martha. En wanneer we de tijd nemen en ruimte scheppen om bij God te zijn, om te luisteren naar wat Hij ons wil zeggen en om te bidden voor de noden van de wereld, zijn we als Maria. Tot opbouw van de gemeenschap. Dat wij elkaar zo mogen aanvullen, onszelf gedragen weten en elkaar dragen, als zusters en broeders elkaar gegeven…